Clara's Ogen. Hoofdstuk 31, deel 3
"Die kant op. Daar zijn winkels. Ik wil iets moois voor je kopen."
Haar gezicht en haar glimlach leken te wedijveren met de zon, vond Ron.
"En wat wil je voor me kopen?" vroeg ze.
"Dat is een verrassing," plaagde hij haar. Ze bleef maar vragen en raden, tot Ron een juwelierswinkel ontdekte. "We zijn er."
Ze gingen naar binnen. Ron vroeg de man of ze een aantal verlovingsringen konden zien. De dame in de winkel keek het paar glunderend aan en toverde een groot aantal ringen tevoorschijn.
Clara's verwondering kende geen eind, tot ze opeens een bescheiden, zilveren ring zag. Er zat een klein, blauw steentje in. "Deze," zei ze beslist terwijl ze haar vinger bewonderde. De ring paste perfect.
De verkoopster haalde toch nog wat meer ringen uit de vitrine, maar Clara was niet van plan om de zilveren ring van haar vinger te halen.
"Deze is het," zei ze, nog steeds beslist. "En geen andere."
Ron kon aan haar stem horen dat ze echt niet naar een andere ring wilde kijken, dus werd de jacht geopend op een exemplaar dat voor zijn vingers geschikt was. De verkoopster was goud waard: ze vond eenzelfde zilveren ring met ook een blauw steentje. Het was allemaal wat groter en dikker, precies goed voor Rons vinger.
De beide ringen pasten precies, dus betaalde Ron zonder dat een van hen de ring nog van een vinger afhaalde. Hand in hand verlieten ze de juwelierswinkel, en toen, gewoon op het trottoir, sloeg Clara haar armen om zijn nek en kuste hem uitbundig.
"Dank je wel, Ron. Dit is zo'n mooi cadeau…"
Ron legde daarna uit waar de ring voor stond. "Dit zijn verlovingsringen, Clara. Een symbool waaraan iedereen kan zien dat we van plan zijn om bij elkaar te blijven. Dit betekent dat ik heel serieus van plan ben om met je te trouwen, Clara van Gogh. Als ik kon, zou ik hier ter plekke met je trouwen."
"Maar daar hebben we papieren voor nodig," wist Clara nu. "Daar wil ik nu niet aan denken. Ik wil gelukkig zijn, samen met jou. Dan ben jij ook gelukkig."
"Jij maakt me altijd gelukkig, schoonheid," zei hij, en kuste haar weer. Daarna zochten ze een cafeetje op waar ze iets te eten bestelden.
Terwijl ze daar zaten, dacht Ron over de lijst van orders die Shelley hem gegeven had en vergeleek dat zo goed mogelijk met wat hij bij Wederlicht had gehoord. Hij praatte er ook over met Clara, die voorstelde dat hij gewoon met Shelley moest bellen als hij niet zeker was van zijn zaak. Dat was een simpele en heel doeltreffende oplossing, dus pakte hij zijn telefoon.
Toen hij het scherm zag, stond daar een bericht dat hij een oproep van zijn ouders had gemist. Toen ze bij Wederlicht naar binnen waren gegaan, had hij het geluid van zijn telefoon afgezet, zodat ze niet gestoord zouden worden, en dat was hij vergeten.
"O god, zul je altijd zien. Shelley heeft ze beslist over ons verteld," zei hij. "Dat moeten we eerst maar even regelen." Hij belde zijn ouders en zette de telefoon op luidspreker, zodat Clara kon meepraten en -luisteren.
Zijn ouders waren zielsgelukkig toen ze het nieuws van Shelley hadden gehoord en ze lieten Ron en Clara beloven dat ze meteen 'naar huis' moesten komen zo gauw ze uit Boston terug waren.
Na het telefoongesprek viel het Ron op dat Clara een beetje verdrietig keek, dus vroeg hij wat haar dwars zat.
"Ik ben een beetje verdrietig dat ik geen ouders heb, Ron. Jouw ouders zijn zo blij voor ons. Ik vraag me af of mijn ouders ook zo blij zouden zijn…"
Ron trok haar tegen zich aan en hield haar stevig vast. "Dat is echt jammer, lieveling… Ik kan geen ouders voor je maken, maar ik weet zeker dat jouw ouders net zo blij zouden zijn voor ons. En misschien kun je mijn ouders adopteren als de jouwe. Is dat een idee?"
Ze keek hem aan, haar ogen vochtig. "Denk je dat ze dat niet erg vinden?"
"Ik weet zeker dat ze het geweldig vinden. Als je wilt dan kunnen we ze meteen bellen en het vragen."
Clara schudde haar hoofd. "Nee. Ik moet hier eerst over nadenken. Ik wil het ze zelf vragen. Als we naar ze toegaan."
Ron kuste haar voorhoofd. "Doen wat je hart je ingeeft, lieverd. Wil je dat wij er eerst over praten?"
"Nee, Ron. Dat is nog niet nodig. Jij moet eerst je zus bellen, weet je nog? Als ik je ook niet overal aan help denken…"
Comments