Clara's Ogen. Hoofdstuk 32, deel 1
32. Cornelia
"Ik ben blij dat we weer thuis zijn," zei Clara, terwijl ze naar de auto liepen. "Het was wel spannend en leuk om zo ver weg te zijn, samen met jou, maar hier voel ik me veel fijner."
Op weg naar huis hadden ze het over alles wat ze hadden gezien en meegemaakt, en Clara keek vaak naar de ring. Het steentje sprankelde in het zonlicht. Ron zag hoezeer ze ervan genoot, en voelde zich gelukkig.
"Ik ben ook blij dat we tijd hadden om over mijn 'ouders' te praten, Ron."
Gedurende de treinreis hadden ze veel tijd gehad om daar iets over te bedenken. Rons ouders zouden beslist iets over Clara's verleden willen weten. Ze hadden al besloten dat Clara's ouders niet meer leefden. Dat was in principe waar: ouders die je niet had konden ook niet leven. Alleen het stukje niet meer was wat moeilijk.
Toen ze eenmaal Richmond verlaten hadden konden ze lekker doorrijden, en een uurtje later waren ze bij Rons ouderlijk huis. Zijn ouders waren dolblij het tweetal te zien, en ze hadden van alles in huis gehaald om de verloving te vieren.
Shelley was er uiteraard ook, en die bleef de twee ringen bewonderen. Ron begreep hoe zij zich moest voelen. Dat wilde hij voor haar ook. Op de een of andere manier moest dit voor elkaar komen, wist hij, maar hoe?
"Ik hoop dat jullie hartstikke gelukkig worden," zei Shelley. "En misschien word ik binnenkort wel tante!"
"Hé, kalm aan, juf," zei Ron. "Mogen we eerst trouwen?"
Zijn vader lachte en zei dat trouwen niet nodig was om van hem en zijn vrouw een opa en oma te maken. "Maar je hebt wel gelijk. Alles op het juiste moment."
Daarna werd er gewoon feest gevierd, en dat duurde tot ver in de avond. Toen Clara bijna slapend tegen Ron aan hing was het toch tijd om naar huis te gaan. Zijn ouders hadden voor Shelley en voor Ron en Clara taxi's gebeld. Ze hadden allemaal iets teveel gedronken, en voor Rons moeder stond veiligheid voorop.
De bagage van de reizigers werd in de taxi geladen en daar gingen ze, op weg naar huis.
Eenmaal aangekomen droeg Ron het schilderij naar de voordeur. Clara had de koffer-trolley bij zich.
"O…" Ron zette behoedzaam het schilderij neer. Hij pakte Clara's hand en vroeg haar even mee te lopen. Ze liepen om het huis heen, waar het pikkedonker was. "Weet je nog dat je me eens vroeg om naar de sterren te kijken? Zodat je ze door mijn ogen kon zien?"
Ze knikte.
"Kijk eens omhoog, Clara. En zie de sterren met je eigen ogen."
In het duister, hand in hand, keken ze samen omhoog naar de duizenden kleine lichtjes in de inktzwarte hemel.
"Ron…" Ze zuchtte even. "Dat is zo mooi…"
"Ik vraag me altijd af hoe Vincent ze zou zien," zei Ron. "Of hij zag wat wij nu zien, of iets heel anders."
"Dat weet ik niet," zei Clara, "maar dit is een van de mooiste dingen die ik ooit heb gezien…" Haar stem was enkel een fluistering, maar genoeg voor Ron.
Ze keken omhoog tot ze allebei pijn in hun nek kregen. Toen pas gingen ze naar binnen en naar bed.
Comments